f
Bijna iedereen die in het onderwijs werkt is wel bekend met open vacatures van docenten. Wekelijks worden er diverse berichten over het lerarentekort. Maar hoe zit het eigenlijk met oplossingen om openstaande vacatures van docenten te vullen? In deze blog reeks nemen we jou mee in een mogelijke oplossing.
Drie redenen waarom het lerarentekort toeneemt
Laten we beginnen bij het begin. Al jaren is er binnen het onderwijs sprake van een nijpend lerarentekort, en het einde is zeker nog niet in zicht. Integendeel: naar verwachting zal dit tekort in 2026 juist opgelopen zijn tot ongeveer 2.500 fte, aldus de VO-raad. Het lerarentekort heeft drie redenen:
Het toenemende lerarentekort gaat ten koste van de continuïteit en kwaliteit van het onderwijs. Zeker in tekortvakken als wiskunde, natuurkunde, scheikunde, techniek, Nederlands, Duits, Frans en klassieke talen leidt dit tot grote problemen. Steeds vaker zijn scholen genoodzaakt om gedetacheerd, gepensioneerd, of onbevoegd personeel in te zetten. Maar ook leerlingen over klassen te verdelen, volledige klassen naar huis te sturen, of zelfs vakken helemaal niet meer te geven behoort tot de opties.
Vacature docenten
Als resultaat staan er steeds vaker langdurig vacatures van docenten open op school. Ook geeft een aanzienlijk deel van de scholen waar wij mee samenwerken aan dat vacatures van docenten steeds lastiger te vullen zijn. In sommige gevallen staat een vacature duits, natuurkunde of scheikunde meer dan 6 maanden open. Dit leidt er toe dat docenten overuren maken of klassen naar huis gestuurd worden.
De afstudeerders
Een zorgelijke trend is het dalende aantal afgestudeerden van eerste- en tweedegraads lerarenopleidingen. Uit onderzoek van Berenschot (2021) blijkt dat studenten die een tweedegraads lerarenopleiding volgen, bovengemiddeld vaak uitvallen. Volgens de Keuzegids hbo 2020 lag destijds het landelijk gemiddelde van de doorstroom naar het tweede jaar op 84,3% – dit percentage lag met 77,6% bij de lerarenopleidingen een stuk lager. De exacte vakken scoorden weliswaar iets hoger, maar bleven met 80% nog steeds onder het landelijk gemiddelde. Ook doen studenten van tweedegraads lerarenopleidingen relatief vaak, langer dan 5 jaar over hun studie.
Dit heeft twee redenen. Allereerst hebben oriënterende studenten niet altijd een realistisch beeld bij wat de opleiding en/of het docentschap inhoudt. Hierdoor valt de daadwerkelijke studie enorm tegen. Zo lopen studenten regelmatig tegen de hoeveelheid lesstof aan: de stages beginnen, in tegenstelling tot veel andere opleidingen, al in het eerste studiejaar. Het combineren van deze stages – inclusief de uitgebreide verslaggeving die daarbij komt kijken – én theoretische vakken valt studenten erg zwaar.
Ten tweede wordt er door de vroegtijdige stages een jonge professionele rijping en een zekere mate van volwassenheid van de student verwacht. Denk hierbij aan een basisset kennis, didactische vaardigheden, en competenties (Berenschot 2021, 22). Dit leidt ertoe dat de student, vergeleken met andere hbo-opleidingen, zeer weinig tijd krijgt om te wennen aan de nieuwe studie. Het is dus niet vreemd dat een relatief hoog aantal studenten al vroeg uitstroomt.
“Tussen de 15% en 32% van de starters stroom binnen vijf jaar weer uit.”
Het is duidelijk dat er veel potentiële leraren afvallen vanaf de start van de opleiding tot aan het beginnen van werk. Naast een gering aantal afstudeerders valt het beroep voor veel startende leraren zwaar. Tussen de 15% en 32% van de starters stroom binnen vijf jaar weer uit. Veelgenoemde redenen hiervoor zijn persoonlijke problemen, ziekte, werkdruk en stress, een laag salaris, onduidelijke verwachtingen en het ontbreken van steun en feedback. Ook worden de geringe doorgroeimogelijkheden, communicatie en slechte relaties binnen de school vaak genoemd als reden voor uitstroom. Dit leidt ertoe dat het lerarentekort nog sneller toeneemt.
Eigen onderzoek
Hoewel het op veel scholen al duidelijk is dat het steeds lastiger wordt om vacatures van docenten te vullen, hebben veel schoolleiders nog geen concrete oplossing. Uit eigen onderzoek onder 30 schoolleiders hebben wij gevraagd of ze last hebben van het lerarentekort op een dergelijke manier waarop het onderwijs eronder lijdt. Hieruit is gebleken dat 80% (24/30) van de schoolleiders aangaf dat dit het geval is. Van deze scholen heeft bijna iedere schoolleider aangegeven nog geen concrete oplossingen te hebben. Met name toen wij vroegen naar de mate van draagvlak voor veranderingen in het onderwijs bij het onderwijsteam gaven bijna alle schooldirecteuren aan hier “hele serieuze twijfels” bij te hebben.
Juist hier zit een groot pijnpunt. Het onderwijsteam ervaart een hoge werkdruk waarbij vacatures van nieuwe docenten steeds langer open staan. Tegelijkertijd is het uitdagend voor een school om niet korte termijn oplossingen in te kopen die docenten tijdelijk kunnen vervangen. Uiteraard zijn zzp-ers, tijdelijke inval studenten of pensionado’s een prima oplossing, maar het is belangrijk om niet alleen op de korte termijn brandjes te blussen. Het lerarentekort neemt immers verder toe.
Draagvlak creeëren
Als er gekeken wordt naar het inzetten van externe (on)bevoegden in de klas is het creëren van draagvlak essentieel. Het is belangrijk om binnen de oplossingen niet alleen na te denken over wat het doet met de huidige schoolstructuur, maar ook het onderwijsteam mee te nemen in het lange(re) termijn plaatje. Vaak zit er een discrepantie tussen de korte termijn behoefte van het onderwijsteam en de invulling van een lange termijn strategie om het lerarentekort aan te pakken.
Juist transparant het dilemma presenteren kan hierin helpen. Leg daarin juist ook een verantwoordelijkheid bij het onderwijsteam om mee te denken over de invulling hierin. Maar let op, er zal een verschil van informatie en kennis zijn. Dit zal invloed hebben op de keuzes die er op tafel liggen.
Ten eerste vinden wij het belangrijk dat een oplossing niet enkel gericht is op de korte termijn. Dure examentrainingen inkopen of ZZP’ers inhuren zullen wellicht de slagingspercentages verhogen en de gemiddelden wat omhoog krikken van tekortvakken, maar het is geen structurele oplossing voor een school. Zo lijkt het aan de buitenkant alsof er geen uitdagingen zijn met (tekort)vakken, maar is het voornamelijk symptoombestrijding. Als ieder jaar maar net de formatie rond komt voor diverse (tekort)vakken, zal het steeds lastiger blijven en tegelijkertijd de afhankelijkheid van deze korte “fixes” groter maken. Bovendien leer je scholieren met name hoe ze toetsen goed moeten maken in plaats van te investeren in een brede ontwikkeling.
Daarom is het belangrijk om juist in te zetten om het probleem bij de wortel aan te pakken. Dit vereist doorzettingsvermogen, investeren en zowel een goede interne -als externe samenwerking op school. Om zulke samenwerkingen in goede banen te leiden en het proces tot oplossingen tot een succes te brengen organiseren wij door het jaar heen verschillende begeleidingstrajecten met scholen en scholengemeenschappen. Daarnaast kun je meer informatie vinden over de Regionale Aanpak Lerarentekort op deze website.
Niet geheel onverwachts zien wij de inzet van studenten als een toegankelijke én duurzame manier om de hierboven genoemde uitdagingen tegen te gaan. Zo kan de inzet van studenten enerzijds tekortvakken opvullen, maar anderzijds ook onderdeel worden van een nieuwe duurzame organisatie die weerbaar is tegen het lerarentekort. Het gaat hier niet alleen om de inzet van studenten die al in de lerarenopleiding zitten, maar ook om studenten die altijd al affiniteit hebben gehad met het onderwijs.
Juist door deze groep studenten laagdrempelig in aanraking te brengen met het onderwijs raken ze gewend aan de dynamiek en leren ze op een praktische manier het onderwijs kennen. Inmiddels worden er jaarlijks meerdere zij- instroomtrajecten gestart met onze partnerscholen. Daarnaast heeft de student al goede contacten binnen een school waardoor de onboarding op school prettig verloopt. Dit scheelt zowel de student als de school tijd en geld.
In onze volgende blog praten we verder over de vier strategische voordelen van het inzetten van studenten in de klas en het lange termijn voordeel hiervan.